VBMM bestuur spreekt met DoeMaarnMee

24 juli 2022 Op 29 juni jl. heeft het bestuur een gesprek gehad met vertegenwoordigers van DoeMaarnMee (DMM) over de voortgang van het co-creatieproject. Wij hebben het gesprek gevoerd op basis van de vragen en opmerkingen van onze leden en vragen die bij het bestuur leven. Het was een goed en openhartig gesprek.

Het proces
Momenteel regelt de DMM-groep zelf, na afstemming met het GUH College, de afronding van het proces. UrbanSync heeft inmiddels de ondersteuning moeten staken vanwege aanbestedingsregels. Ronald Letema is aangetrokken als coördinator. Uit de brede groep DMM is een kerngroep van 8 personen gevormd, die het eindvoorstel voorbereiden. Inmiddels is het "Spreidingsscenario" verder uitgewerkt, zodat het vergelijkbaar is met de andere scenario’s. In de maanden juni en juli zijn weer uitgebreide gesprekken gevoerd met de stakeholders, de sportverenigingen en belangengroepen. Het streven is om het complete masterplan met het beslisdocument in september aan de Raad aan te bieden.

Synergie
De scenario’s “Alles op het Trompplein” en “Alles op de Planetenbaan” gingen uit van een maximale synergie tussen de diverse stakeholders, zoals de scholen, de bibliotheek, de sportverenigingen etc. Het scenario “Spreiding” levert in de zin van synergie minder op, maar lijkt beter aan te sluiten bij de wensen vanuit het dorp. Daarom wordt ook dit scenario verder uitgewerkt.

Verkeer en parkeren
Bij alle scenario’s zijn “verkeer en parkeren” belangrijke aandachtspunten. In goed overleg met de betreffende ambtenaren is dit in beeld gebracht om bij een keuze van het scenario mee te kunnen wegen. De VBMM geeft aan dat het belangrijk is voldoende parkeerplaatsen te realiseren, mogelijk ondergronds. DMM is van mening dat dit wel een erg dure optie is. VBMM  is van mening dat niet alleen naar de kosten moet worden gekeken maar ook naar de opbrengsten in de zin van behoud groen en meer mogelijkheden voor woningbouw.

Hoewel de ontwikkeling van woningen aan de Kapelweg/Buurtsteeg (terrein Donselaar) niet binnen DMM vallen, zal door het vertrek van het kinderdagverblijf ruimte ontstaan voor meer parkeerplaatsen, waarvan toekomstige bewoners van dit complex gebruik kunnen maken.

Wonen
Niet alleen vanwege de financiering van het project, maar zeker ook om tegemoet te komen aan de vraag naar woningen vanuit de dorpen zelf zijn in alle scenario’s woningen gepland. De mogelijkheid tot het bouwen van woningen varieert per scenario. Wat betreft het type woningen dat voorzien is, volgt DMM de gemeentelijke Woonvisie. Dit betekent grofweg 1/3 sociale huur-/koopwoningen, 1/3 midden dure koopwoningen en 1/3 dure koopwoningen. Binnen DMM is met name gekeken naar de eerste twee categorieën. Voor de financiering van de plannen is het van belang om een redelijk aantal woningen te realiseren.

Scholen en KDV
De scholen en het kinderdagverblijf (KDV) hebben aangegeven bij elkaar gehuisvest te willen worden. Het Tromplein lijkt daarbij geen optie, omdat met een extra school en het KDV een grote bebouwingsdichtheid ontstaat met de daaraan gekoppelde verkeers- en parkeerdruk. Gezamenlijke huisvesting lijkt wel goed mogelijk aan de Planetenbaan. De scholen en het KDV geven aan dat zij zo snel mogelijk naar nieuwe huisvesting willen, gelet op de huidige staat van de (afgeschreven) gebouwen. Wat betreft de spreidingsvariant vinden zij het geen overwegend bezwaar op enige afstand gesitueerd te worden van de voorzieningen Dorpshuis en Sporthal.

Dorpshuis en Sporthal
In het “Spreidingsscenario” en het “Alles op het Trompplein” scenario wordt uitgegaan van zowel het Dorpshuis als de Sporthal (al of niet gerenoveerd) op het Tromplein. In alle scenario’s wordt uitgegaan van een kleiner Dorpshuis dat primair de ruimte moet bieden aan de activiteiten, die vanuit Maarn en Maarsbergen worden georganiseerd. Dit betekent dat van een netto vloeroppervlak wordt uitgegaan van circa 1400m2. Op het Trompplein en elders wordt als maximale bouwhoogte de hoogte van Trompstaete aangehouden. Op de vraag of de gemeente eigenaar blijft van de accommodaties, geeft DMM aan dat dit voor DMM een reële optie is, waaraan ook een aantal financiële voordelen verbonden zijn. Zowel het Dorpshuis als de Sporthal vervullen een maatschappelijke functie. Nauwe betrokkenheid van de gemeente GUH lijkt dan ook voor de hand te liggen.

Wat betreft de exploitatie wordt binnen DMM nagedacht over verschillende vormen. Een puur commerciële exploitatie lijkt niet voor de hand te liggen.

Financieel
VBMM meent dat bij de berekeningen de rol van de Gemeente bij bouw en exploitatie van Dorpshuis en sporthal explicieter naar voren moet komen. Dus bij elk scenario een rendementsberekening met een variant waarbij de Gemeente eigenaar en exploitant is en een sub-variant waarbij een commerciële marktpartij deze rol vervult. Dit geeft een betere onderbouwing en keuze voor een definitief Masterplan.

Bij de Grondopbrengst berekeningen wordt door DMM het grondprijsbeleid van de Gemeente als uitgangspunt genomen. Dit model dateert uit 2005. En dit is conform het kader van de Gemeenteraad. VBMM vraagt zich af of deze calculaties, gezien de huidige woningmarkt niet tot te lage grondexploitatieopbrengsten leiden. VBMM vindt dat een discussie over de uitgangspunten van het grondprijsbeleid zeer wenselijk is.

Dorpse karakter en groen
DMM geeft aan in de plannen nauwlettend te kijken naar een goede inpassing van de voorzieningen en nieuw te bouwen woningen, die aansluit bij het groene karakter van het dorp Maarn.

Tenslotte
DMM zal er waarschijnlijk in slagen de Raad een concreet plan aan te bieden. Of dit geheel past binnen de (financiële) kaders die door de Raad zijn gesteld is nog niet duidelijk.

In augustus en september zal DMM de plannen toelichten aan alle betrokkenen, voordat deze worden aangeboden aan de Raad. Het lijkt uitgesloten om iedere bewoner achter het definitieve scenario te krijgen, maar een groot draagvlak op basis van een goed onderbouwd plan wordt mogelijk geacht.

 

Comments are closed.